Meer dan honderd doden in Syrië en Turkije na zware aardbeving
Een aardbeving in het zuiden van Turkije heeft daar aan minstens 76 mensen het leven gekost. Ook in buurland Syrië zijn veel slachtoffers te betreuren: volgens de autoriteiten zijn daar zeker 42 doden gevallen.
De aardbeving met een kracht van 7,8, op een diepte van 17,9 kilometer, vond plaats om 4.17 uur lokale tijd. Het epicentrum lag 26 kilometer ten noordwesten van de stad Gaziantep, niet ver van de grens met Syrië. Vijftien minuten later registreerde de Amerikaanse geologische dienst USGS een naschok met een kracht van 6,7. De beving werd ook gevoeld in Libanon, Cyprus en Israël.
In het zuiden van Turkije en het noorden van Syrië zijn tientallen gebouwen verwoest. Vrijwilligersbrigade Syrian Civil Defence, ook bekend als de Witte Helmen, meldt dat er nog tientallen Syriërs onder het puin liggen.
Reddingswerkers
De Turkse president Tayyip Erdogan sprak maandagochtend vroeg het Turkse volk toe via Twitter. Hij wenste de getroffen mensen sterkte en liet weten dat de rampenautoriteit AFAD de hulpdiensten coördineert en dat er reddingswerkers op weg zijn naar het gebied. "We hopen dat we samen zo snel mogelijk en met zo min mogelijk schade deze ramp te boven komen, we blijven doorwerken."
Aardbevingen komen relatief vaak voor in Turkije, omdat verschillende tektonische platen aan elkaar grenzen onder het land. In de zomer van 1999 vielen er 17.000 doden bij een beving in Izmit en nog eens bijna 900 bij een aardbeving in Düzce drie maanden later. Bij twee verschillende aardbevingen in 2020 kwamen meer dan 150 mensen om.