Louw Visscher slaapt al vier jaar in het bos. Geen drugs, geen drank, geen psychische problemen, hij is een keurige zwerver, die anders wil. Maar hoe?
Louw Visscher in betere tijden. De vrolijkheid gaat tegenwoordig schuil achter een wat verwaarloosde baard.© Eigen foto
Louw Visscher drinkt niet, gebruikt geen drugs en heeft geen psychische problemen. Toch zwerft hij al meer dan vier jaar tussen Bergen en Schoorl rond en slaapt hij in het bos. Ook als het regent. Hij zou graag anders willen. Ons ombudsteam probeert hem te helpen.
Twee broeken over elkaar draagt hij nu. „Dat helpt tegen de kou.” Voor het slapengaan trekt hij over die twee broeken en zijn dikke jack een regenpak aan. Vervolgens stapt hij in een grote vuilniszak. Zo gaat hij onder het bladerdak van een dikke boom de nacht in. „Soms kijk ik op mijn mobiele telefoon nog een filmpje dat ik overdag gratis heb gedownload. Nee, ik heb het nog nooit koud gehad.”
Lees ook: Wie helpt helpen? Het ombudsteam is op zoek naar lezers die andere lezers uit de sores willen halen
Hij volgt een strak dagprogramma. ,,Best saai zo’n vast patroon, maar regelmaat helpt je overleven. Ik weet waar ik wat en wie kan vinden. Vanuit het bos loopt hij met zijn stalen ros aan de hand langs zijn vaste adressen. Eerst doet hij Bergen aan, daarna Schoorl. „Fietsen lukt niet want dat trekt het ding niet meer. Maar als pakezel doet dit krijgertje het nog goed.” Op je schamele bezittingen moet je heel zuinig zijn.
Nieuwsjunkie
In de bibliotheek van Bergen leest hij de kranten („Ik ben een nieuwsjunkie”) en laadt hij de batterijen van zijn mobiele telefoon op. („Ik gebruik uitsluitend e-mail voor communicatie.”) Hij krijgt er een beker koffie. Geen enkele medewerker van de bieb heeft last van hem. „Ik heb aangegeven dat ze het eerlijk moeten zeggen als ze vinden dat ik stink. Dan zoek ik daarvoor meteen een oplossing.”
Honger heeft hij bijna nooit, vertelt hij. Bij de supermarkt in Schoorl, waar hij zijn dag steevast eindigt, ligt tegenwoordig een pakket klaar. „Met etenswaren die net of bijna over de datum zijn. Pakken vla en yoghurt. Ik krijg dat nooit allemaal in mijn eentje op, dus ik deel de buit met mensen die het niet breed hebben.”
Op zijn zwerftochten vindt hij dingen die anderen niet zoeken of over het hoofd zien. „Ongelooflijk wat mensen allemaal weggooien of verliezen. Wel jammer dat de keren dat ik een goed paar schoenen vond dat mijn maat niet was. Schrijf maar op: ik draag 46,5.”
Niet bedelen
Soms stoppen mensen hem iets bruikbaars toe. Je zult hem niet zien bedelen. „Ik doe geen dingen die verboden zijn, behalve ’s nachts slapen in het bos. En dan is het fijn als ik een aardige boswachter tref die net doet of hij mij niet ziet of me ’s ochtends koffie brengt.”
(Tekst gaat verder na de foto)
Het is hem nog steeds niet gelukt een daklozenuitkering te krijgen. „Het scheelt dat mensen nog steeds - heel achteloos - statiegeldflessen weggooien. Dat levert me elke dag een paar euro op.” Daar koopt hij zoete sigaartjes van. Van het merk Moods. „Je doet er lekker lang mee.”
Scheiding
Op de vraag ’hoe kom je in een situatie als deze terecht’, die meerdere keren en op verschillende manieren wordt gesteld, kan of wil hij geen concreet antwoord geven. „Het is allemaal begonnen na de scheiding. Vervolgens verloor ik in twee jaar tijd mijn beide ouders en zus. Van de erfenis deed ik afstand omdat ik geen schulden wilde. Ik woonde dan weer hier en dan weer daar. Ik ben nog een tijdje bij een nieuwe liefde in huis geweest maar dat liep stuk. Uiteindelijk kwam ik echt op straat terecht en had ik helemaal niets meer.”
(Tekst gaat verder na de foto)
Even opwarmen in de bibliotheek.© Foto Nancy Ubert
Hoe was dat in het begin? „Dat weet ik niet meer. Dat heb ik geblokkeerd. Zoals ik veel vervelende ervaringen heb weggestopt. Dit leven is niet leuk. Ik mis mijn twee kinderen. Ik voel me soms net Remi.”
Daklozenopvang
Louw heeft geprobeerd om gebruik te maken van de daklozenopvang in Alkmaar. Na een tijdje had hij het daar wel gezien. „Daar ga ik niet meer naar toe. Als je onder de douche staat, stelen ze alles van je. Niet mijn types. Ik pas daar niet want ik ben geen alcoholist of junk. Ik wil als zwerver graag helder blijven. Je moet je kop er goed bijhouden.”
Zijn grootste angst is dat hij ziek wordt. „Dus heb ik keurig mijn coronaprikken gehaald.” Hij merkt dat hij minder snel herstelt dan een paar jaar geleden. „Het zal de leeftijd wel zijn, ik ben van 1967 maar ik grap altijd dat ik 42 ben.”
Al vier jaar leeft hij zijn leven tussen Bergen en Schoorl. „Maar ik zou het wel graag anders willen, hoor. Als ik een uitkering krijg en een dak boven mijn hoofd kan vinden, dan kan ik opnieuw beginnen. Daar ben ik ernstig aan toe. Ik heb gewerkt als logistiek manager en stond aan de wieg van de automatisering. Ik zou zo weer aan de slag kunnen. Maar niet met het bos als slaapplaats. Dat combineert niet met een baan op kantoor. Ik moet het stap voor stap weer opbouwen. Maar hoe?”
Visscher heeft daar hulp bij nodig. Voor zijn situatie is aandacht gevraagd in het kader van de actie ’Lezers helpen lezers’ van het ombudsteam van deze krant. Het kan maar zo dat er lezers zijn die hem kunnen helpen. „Maar ik ga er niet voor herkenbaar poseren. Dat vertik ik. Weet je wel hoe moeilijk het is om dit verhaal te vertellen?”