’Vooral stil racisme vind je nog overal.’ Omdat ze van hun ouders niet naar Amsterdam mochten, organiseerden zes scholieren in Haarlem een grote Black Lives Matter manifestatie
,,Ik denk dat wij alle zes best wel maatschappelijk betrokken zijn.’’© Foto United Photos/Toussaint Kluiters
Het waren zes Haarlemse scholieren van veertien en vijftien jaar oud die in juni het grote Black Lives Matter protest organiseerden in de Haarlemmerhout. Voor hen een impulsief besluit, voor de stad een groot gebaar. Het bracht 1500 mensen uit de regio op de been.
„De tranen liepen over mijn wangen toen ik daar op dat veld stond”, zegt de 15-jarige Fien. Ze zit op een tafel in het houtbewerklokaal van haar middelbare school het Rudolf Steiner College. Ze is nog steeds vol ongeloof over wat zij en haar vrienden van de zomer teweeg hebben gebracht. „De Hout stond vol protesterende mensen die allemaal stonden voor één doel: een wereld zonder racisme.”
Naast haar zitten haar vrienden in kwestie. Abe, Livia, Luca, Sara en Leyla. Ze knikken betekenisvol. Alle zes waren ze nogal verrast over het succes van de Black Lives Matter manifestatie die ze vrij impulsief op touw wisten te zetten.
Livia: „Voor ons allemaal was het een van de indrukwekkendste dagen uit ons leven. Er gebeurde zo veel, dat we vergaten te eten. Toen alles voorbij was, zaten we met zijn zessen uitgehongerd bij de MacDonalds. We zeiden geen woord tegen elkaar, waren te uitgeput en in shock. Maar heel voldaan. Het was zo mooi. We hadden een veld vol mensen bij elkaar gekregen, bewapend met mondkapjes en spandoeken. Alle zes hebben we die dag gehuild.”
Even terug in de tijd. Het is juni 2020. De Afro-Amerikaanse George Floyd is zo’n twee weken terug overleden aan politiegeweld en overal in de wereld zijn de Black Lives Matter manifestaties in volle gang. De zes Haarlemse schoolgenoten en vrienden zijn erdoor geraakt. Racisme is nog steeds overal. Ook op plekken waar je het niet verwacht. Neem hun schoolboeken, bijna iedereen op de foto’s is wit. Tussen het leren door - ze hebben bijna tentamenweek - praten ze alleen maar over racisme en discriminatie en ze volgen de BLM-gebeurtenissen op de voet via social media.
Het liefst willen ze zelf meedoen aan een protest, maar niet allemaal mogen ze van hun ouders naar Amsterdam. Te druk en te gevaarlijk. Gefrustreerd bedenken ze: dan organiseren we zelf wel wat. In Haarlem. Impulsief sturen ze een van de organisatoren van de Amsterdamse manifestaties een berichtje via Instagram, Jerry Afriyie: ’Hoe organiseer je een protest?’ Al snel krijgen ze een antwoord. Hij helpt de ambitieuze tieners maar al te graag. Tien dagen later staat de Haarlemmerhout vol met zo’n 1500 vreedzame betogers.
(Tekst gaat door onder de foto)
Zes BLM jongeren van het Rudolf Steiner College.© Archieffoto
Hoe komt het dat, zo jong als ze zijn, ze toch al zó betrokken raakten? „Ik denk dat wij alle zes best wel maatschappelijk betrokken zijn. Ik kijk ook altijd het nieuws”, zegt Fien. Abe: „En we zijn gevoelig, leven snel mee. Wat me erg raakte is dat onopvallende, stille racisme waar zwarte mensen mee te maken krijgen. Dat je met een zwarte huidskleur vaak toch nét iets anders behandeld wordt, lastiger een baan krijgt, en regelmatig stigma’s naar je hoofd gegooid. Dan sluimert uiteindelijk het gevoel erin dat je er niet helemaal bijhoort.”
Anders reageren
Leyla knikt. „Ik ben niet van Nederlandse komaf, en merk soms dat mensen anders op mij reageren dan op vrienden. Of zomaar iets vragen of zeggen over mijn afkomst. Vaak onaardig. Dit maakt dat je je ’anders’ voelt. En dus buitengesloten.”
Af en toe lachen de tieners zenuwachtig naar, of om elkaar. Maar afgezien daarvan komen er vooral veel onderbouwde wijsheden uit hun mond. Ze laten elkaar uitpraten en vullen elkaar op het juiste moment aan. Niets geen typische pubers.
„Ik merk dat ik hierover meer weet dan mijn ouders”, zegt Fien. Laatst hoorde haar vader een verhaal over de rapper Kendrik Lamar. Die zette ooit tijdens een optreden een wit meisje van het podium omdat ze het N-woord hardop meezong. „Toen vroeg mijn vader mij: ’Hoezo mag een witte fan het N-woord niet hardop meezingen ?’ Toen legde ik hem uit dat het N-woord een overblijfsel van het Amerikaanse slavernijverleden is. En dat, zolang de machtsverhoudingen totaal scheef zijn, bepaalde woorden niet door diegenen uit de machtigste groep gebruikt mogen worden.”
Sara: „Ik heb ook wel dit soort gesprekken met mijn ouders. Ze leren graag van ons op dit gebied. Dat is wel grappig, dat de rollen nu soms omgedraaid zijn. Dat wij hen moeten ’opvoeden’.”
Wat doen de zes boezemvrienden eigenlijk als ze niet met racisme of school bezig zijn. „Harry Potter marathon!”, roept Livia. „Laatst deden we dit. Het duurde weekenden achter elkaar, want er zijn acht films.” Luca: „En we hielden in de zomer picknicks in het Frederikspark. Namen we allemaal wat eten mee, en een muziek en een kleedje. Heel gezellig.”
Willen ze verder nog iets kwijt? Luca: „We willen niet dat dit artikel te veel om ons draait. We zijn natuurlijk heel trots dat we dit hebben georganiseerd. Maar het gaat om de boodschap, snap je?”
Wie zijn zij?
Leyla Lemus Averill (15), Livia Zuidhof (15), Luca Perdijk (15), Abe Leliveld (15), Sara van Aalderen (16) en Fien Capellen (15) zijn een hechte vriendengroep. Ze kennen elkaar van het Rudolph Steiner College.