En weer sloopt Bloemendaal een gemeentehuis....
En voor de derde keer in ruim 75 jaar gaat straks de sloopkogel door een onderkomen van de gemeente Bloemendaal. Tijd voor een terugblik, samen met Martin van de Bunt, VVD-raadslid en historicus. Hij heeft zich uitvoerig in de geschiedenis van de verschillende gemeentehuizen verdiept.
Pas aan het begin van de 19e eeuw ontstaat zoiets als een gemeente Bloemendaal, vertelt Van de Bunt. ,,Daarvoor was sprake van drie heerlijkheden: Vogelenzang, Aelbertsberg en Tetrode. Die gebieden werden bestuurd door een schout. Aerdenhout bestond nog niet. Bloemendaal was een vlek.’’
Het bruisende middelpunt van het gebied in die tijd vormt Overveen. Daar is bijvoorbeeld de jaarlijkse kermis die populair is in de hele regio. Daar is het bestuurlijk centrum, voor zover je daarvan kunt spreken. Niet zo gek dus dat de eerste gemeenteraadsvergaderingen plaatsvinden in herberg de Swaen, schuin tegenover het huidige restaurant Loetje. Vandaar de naam ’Van Ouds het Raadhuis’ die het gebouw later heeft gekregen. Momenteel zitten er appartementen in.
De nieuwe gemeente heeft behoefte aan een echt gemeentehuis. Dat komt er in 1846 aan de Korte Zijlweg, op de plek waar nu de parkeerplaats van Loetje zit. Niemand minder dan de architect Zocher tekent voor het ontwerp.
Populair
Martin van de Bunt: ,,Een mooi gebouw, maar het wordt op een gegeven moment te klein. Rond 1900 valt het besluit voor een nieuw gemeentehuis. De gemeente groeit uit haar jasje, omdat Bloemendaal steeds populairder wordt als woonplaats, vooral bij mensen uit de grote stad. Er komen steeds meer huizen, wegen en voorzieningen.’’
Er volgt een zoektocht naar een geschikt terrein. De gemeente koopt zelfs grond aan bij de Bloemendaalseweg tegenover buitenplaats Belvedère. Architect De Bazel wordt in 1919 gevraagd een ontwerp te maken. Maar de crisis maakt een eind aan alle plannen. Toch blijft Bloemendaal zoeken naar een groter pand. In 1932 overweegt de gemeente landgoed ’Bloemenheuvel’ aan de Bloemendaalseweg aan te kopen. Maar de eigenaar vraagt te veel en de gemeente haakt af. Het oog valt op villa de Nagtegaal bij de Cearalaan, op een steenworp afstand van Bloemenheuvel. In 1933 trekt de gemeente in de villa en zal er blijven tot 1966.
Slopen
In 1950 komt Bloemenheuvel weer in beeld. De gemeente koopt de buitenplaats voor 110.000 gulden. Het plan is om de oude villa te combineren met nieuwbouw in dezelfde stijl. Architect A.M. de Rouville de Meux mag een ontwerp maken. Van de Bunt: ,,Al snel blijkt dat Bloemenheuvel in zeer slechte staat verkeert. Alles is verrot. Het beste is de hele boel te slopen en er iets nieuws neer te zetten.’’
Bloemenheuvel was ooit in handen van de Overveense bleker J. Roelofs, die de duinwal gebruikte als droogberg. Hij verkocht de grond in 1820 aan de Amsterdammer Willem Otto Berg, die er door landschapsarchitect Jan David Zocher jr. een villa liet bouwen.
In 1962 wordt de buitenplaats gesloopt. Er komt een kopie van wat er stond plus verschillende nieuwe gebouwen eromheen in dezelfde stijl. De opening is in 1966.
Anno 2013 valt het doek voor de kopie van Bloemenheuvel. Er is 14 december een slotfeest voor de hele burgerij in het inmiddels ontruimde gebouw. Daarna wacht de villa hetzelfde lot als de andere twee gemeentehuizen van Bloemendaal: sloop. Alleen de voorgevel blijft staan. Het raadhuis van Zocher is afgebroken in 1937. Villa de Nagtegaal maakt in 1989 plaats voor appartementen.