Hè, hè, 'lekker' samen rouwen

Leonie Groen
alkmaar

De grootste verdienste van De Rouwrevue is dat deze het taboe op rouwen doorbreekt. En dat is nodig. Want de mensen in de zaal zitten te popelen om mee te doen.

Het publiek knikt en mompelt instemmend bij de vele herkenbare opmerkingen: ,,Precies zoals hij het gewild zou hebben’’, hoor je uit de mond van een van de vele typetjes - van nabestaande tot begrafenisondernemer - die de beide cabaretiers goed persifleren. Het duo kan dan ook, blijkens hun ’getuigenissen’ op het podium, rijkelijk uit eigen ervaring putten: Mylou Frencken verloor in twee jaar tijd haar vader en haar man, cabaretier Bert Klunder. Tiddens begroef zijn ouders en zwager.

In het hart

,,Hoe besta je na?’’ Dat is een mooie formulering die het publiek in het hart treft. Het duo probeert op een lichtvoetige manier, met liedjes en sketches, een antwoord te formuleren en kwesties aan de orde te stellen, zoals ’was je wel of niet je vader die je bij leven nooit bloot hebt gezien?’ Maar het loopt allemaal niet soepel. Soms ligt dat aan de inhoud, want dan zijn de grappen te flauw, zoals die ene over de wenselijke dood van de schoonmoeder. Of te plat: ’Geef jezelf een schop onder dat vettige gedeelte onderaan je rug’. Soms is het te wijten aan de muziek - zij op een soort hammondorgeltje, hij aan de gitaar - en de zang.

Want Frencken, toch de ongekroonde koningin van het kleinkunstlied, is bij tijd en wijle onvast van stem en haalt soms de noten niet, zoals in het lied ’Fluitekruid’. Overgangen tussen de sketches doen hier en daar wat geforceerd aan. De vaart ontbreekt, ondanks de bordkartonnen kostuums die de twee snel voor kunnen hangen. Verbazingwekkend is dit voor wie Tiddens kent van zijn kwieke, energieke kindercabaret. Hij is hier wel expressiever in mimiek en lichaamstaal dan Frencken.

Kippenvel

De samenspraak met het publiek doet het goed. De vingers gaan vlot omhoog als de twee vragen stellen: ,,Wil je regen of zon op de begrafenis?’’ Tiddens loopt tussen de stoelen door om de mensen te interviewen en treft een man die vertelt dat hij rouwt om zijn dochter die tien jaar geleden, op de leeftijd van 19 jaar, verongelukte. ,,Ze week uit en reed met haar auto tegen een boom.’’ Prijzenswaardig is dat Tiddens niet afdruipt maar durft door te vragen. Dan glijdt er een hard ’kledingstuk’ van het knaapje aan het rek op het podium. Tiddens vangt dit ongelukje behendig op: ,,Zo’n klap ongeveer?’’

De onbekende vader-met-verlies bezorgt de zaal kippenvel. Het kan niet anders of het daaropvolgende tweestemmige ’kon ik nog maar een keer met je praten, niet over het weer of wèl over het weer’ van de beide cabaretiers klinkt heel teer. Korte tijd later volgt Frenckens moment in de hele voorstelling.

Oprecht, vol gevoel gaat ze tekeer: ,,Ik heb een vergunning (voor verdriet). Hoelang geldt die eigenlijk?’’ Ze verwijt Tiddens dat hij na afloop gezellig zijn kinderen kan begroeten. ,,Als ik mijn dochter over haar bol strijk, denk ik alleen maar ’ach arme, jij hebt geen vader meer’.’’ In de daarop volgende medley van begrafenishits zingt het publiek lustig mee. Ook hier pakt Frencken een moment: Het bekende ’je ne regrette rien’, komt eruit met veel passie.

Pauze

Er is pauze: ,,Niet te lang, want hierna komt weer een groep’’, grapt Tiddens. Na de pauze, die onnodig is en waarna het grapje over de groep nog een keer wordt herhaald, loopt de voorstelling af om te eindigen met Frencken, eenzaam zwierend over het podium. Het stuk maakt veel los: ’de mensen’ praten nog lang na.

De Rouwrevue

De Rouwrevue met Mylou Frencken en Pieter Tiddens. Regie: Mechtild Prins. Bijgewoond: 26/11 Zaantheater, Zaandam (première). 27/11 Schouwburg Almere; 10/12 Schouwburg Het Park, Hoorn; 19 en 20/12 Theater Nieuw Vredenhof, Haarlem; 22/1 Theater De Vest, Alkmaar.

www.kikproductions.nl

Meer nieuws uit frontpage

Ombudsteam

Ons Ombudsteam springt in de bres voor de consument.